Appel crumble is eigenlijk appeltaart zonder bodem, althans zo zie ik het. Het is een lekker en snel dessert. Eigenlijk vind ik het meer een dessert voor in de gure herfstmaanden. Maar hij smaakt er nu niet minder om. Ik wilde een versie maken met appel en kersen, maar ik kon geen fastoenlijke kersen vinden in de winkels. Dus daarom maar zonder kersen. Het is erg lekker om er een bolletje vanille ijs bij te eten. Hier volgt het recept:

Ingrediënten voor 4 personen
5 Jonagold appelen
1/4 citroen
50 gr hazelnoten
30 gr rozijnen
1 tl kaneel
1 el suiker
75 gr koude roomboter
75 gr zelfrijzend bakmeel
75 gr suiker
50 gr havermout

Bereidingswijze
Schil de appelen en snij ze in stukken. Niet te groot, maar ook zeker niet te klein, ik snij 1 partje in 3-en. Besprenkel de appelen met het sap van de citroen en voeg de kaneel een de  eetlepel suiker toe. Voeg vervolgens de hazelnoten en de rozijnen toe en laat de smaken goed op elkaar inwerken.

Bereid in de tussentijd het kruimeldeeg. Snij de boter in blokjes en doe deze in een kom. Voeg het zelfrijzend bakmeel en de suiker toe en meng dit door elkaar. Het deeg moet geen massa worden, maar allemaal losse kruimels. Dit doe je door het deeg een beetje tussen je handen heen en weer te wrijven. Als laatste voeg je de havermout toe en meng dit even goed door de kruimels.

Doe vervolgens het appelmengsel in een ovenschaal en kruimel het deeg over de appels heen. Bak de crumble in 30 minuten af op 200 graden.